PERSBERICHT..

 


Veteranen-crossers nog 1 keer in actie

Door Peter van Eijk

Krasse knarren zijn het, de autocrossers van weleer, die op Hemelvaartsdag nog een keer achter het stuur van een crossauto stappen.


Foto: Marco de Swart
Van links naar rechts Sjeng Schut, Henk Wooning, Jan Reijm en Jan Nederlof.

De terugkeer - na twee jaar afwezigheid - van de Autocross Zevenhuizen wordt aangegrepen om een veteranencross te houden: de Zevenhuizen Memorial.

In de zestig of zelfs in de zeventig zijn ze, de mannen die donderdag waarschijnlijk voor het laatst met elkaar strijden. Ze zullen best met het zweet in de handen achter het stuur stappen, want er is in de autocross nogal wat veranderd, in de loop der jaren. "Vroeger haalde je een auto van de sloop, je sloeg er een paar houten balken in ter versteviging en je kon beginnen," zegt Zevenhuizer Jan Reijm (69), die vooral in de jaren zestig en zeventig triomfen vierde. Het was op Hemelvaartsdag 1966 dat hij zijn eerste wedstrijd won. "De tegenwoordige stockcars hebben een dikke V8. Dat zijn monsters."

De organisatie van de Autocross Zevenhuizen was altijd in handen van muziekvereniging De Kleine Trompetter. Maar twee jaar geleden kon de organisatie geen stuk land meer vinden. De Eerste Zuid-Hollandse Autocross Organisatie (Ezhaco) kon dat wel en die nam de organisatie van de muziekvereniging over. De leden van de vereniging werken overigens nog wel mee.

Het idee voor een seniorencross is van Mark van der Hoeven van slopereij De Populier in Rotterdam, zegt Ezhaco-voorztter Henk Wooning. "Zijn vader wordt zeventig en het leek hem een leuk idee zijn vader nog een keer te laten crossen en daar dan zijn vroegere tegenstanders voor uit te nodigen." En dat is gelukt, tenminste zes van die oude concurrenten zullen aan de start verschiujnen. De oudste is Sjeng Schut, met zijn 75 jaar. Rijden kan hij nog als de beste maar op die moderne moddervreters heeft hij het niet zo. "Ik word al bang als ik zo'n ding zie. Daarom ga ik ook niet oefenen. Ik ga achter het stuur zitten, geef gas en ik zie wel wat er van komt," zegt hij. Hij heeft drie zoons die hem in de cross zijn opgevolgd. Ook de enige zoon van Jan Reijm, Wilco, rijdt wedstrijden. "Ik bouw zijn auto's, maar ik heb er nooit in durven rijden," zegt hij. "Op Hemelvaartsdag zal het de eerste keer zijn."
In de jaren zestig werd het autocrossen populair als de eenvoudigste en goedkoopste manier om aan autosport te doen. Henk Wooning: "Voor omgerekend 1500 euro haalde je een wrak van de sloop, je maakte er een soort rolkooi in en je kon starten. Met de tegenwoordige stockcars vliegen de duizenden je om de oren. Want daar ligt een dikke Chevrolet-motor in met 600, 700 pk." Crossen is professioneel geworden, auto's moeten aan een groot aantal veiligheidseisen voldoen en ook de rijders dienen brandvrije onder- en bovenkleding te dragen. Maar er is nog altijd een klasse waarin met slopers wordt gereden. Ook de omgebouwde Volkswagen Kevers staan nog steeds op het programma.

De rijders zijn nog steeds hetzelfde. "Negentig procent werkt met auto's. Monteurs, mensen die bij een transportbedrijf werken. Je moet natuurlijk wel kunnen sleutelen, en je moet de ruimte ervoor hebben," zegt bestuurslid Jan Nederlof.

De Autocross Zevenhuizen is een begrip in de regio. Het is ook een van de weinige grote wedstrijden die nog in het westen worden gehouden, zegt Nederlof: "In het westen is alles volgebouwd en met steeds strenger wordende milieu-eisen kun je bijna nergens meer terecht. Zevenhuizen is onze enige wedstrijd nog in het westen, de rest is in Brabant. " De Oudewaterse vereniging Rang Pang is wat meer in de regio actief, met wedstrijden in Bodegraven, Harmelen, Lopik en Nieuw-Vennep.
Op de Zevenhuizense cross komt traditioneel veel volk af. "Voor ons is het een goede zaak dat het op een feestdag is. Dan trekken de mensen er op uit. In het weekend hebben ze vaak andere dingen te doen," zegt Jan Nederlof. Er waren jaren dat er bijna 10.000 bezoekers op af kwamen, maar als het er dit jaar 6000 worden vindt de organisatie dat ook al mooi. "Het is tenslotte een duur evenement, want je moet EHBO en brandweer inhuren."

Voor de senioren kan het al niet meer stuk. Er worden herinneringen opgehaald. "Klaas de Jong uit Stolwijk, die was er ook altijd bij," zegt Jan Reijm. "En Gijs Schep. Dat was toch een rotzak. Ik reed een keer op kop, zag ik hem stilstaan. Ik duwde hem even op, zodat hij verder kon. Maar twee ronden later reed-ie me de sloot in," lacht hij. Het zal een vrolijk weerzien worden.
geplaatst: 20-5-2009.